Selected

Original Text
Sofian S. Siregar

Available Translations

38 Şād ص

< Previous   88 Āyah   The Letter "Saad"      Next >  

بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِ
In the name of Allah, Most Gracious, Most Merciful.

38:24 قَالَ لَقَدْ ظَلَمَكَ بِسُؤَالِ نَعْجَتِكَ إِلَىٰ نِعَاجِهِۦ ۖ وَإِنَّ كَثِيرًا مِّنَ ٱلْخُلَطَآءِ لَيَبْغِى بَعْضُهُمْ عَلَىٰ بَعْضٍ إِلَّا ٱلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ وَعَمِلُوا۟ ٱلصَّـٰلِحَـٰتِ وَقَلِيلٌ مَّا هُمْ ۗ وَظَنَّ دَاوُۥدُ أَنَّمَا فَتَنَّـٰهُ فَٱسْتَغْفَرَ رَبَّهُۥ وَخَرَّ رَاكِعًا وَأَنَابَ ۩
38:24 Bij (Dâwôed) zei: "Voorzeker, hij heeft jou onrechtvaardig behandeld met de eis om jouw ooi am zijn ooien toe te voegen. En voorwaar, vele genoten behandelen elkaar onrechtvaardig, behalve degenen die geloven en die goede werken verrichten, en zij zijn slechts weinigen. En Dâwôed vermoedde dat Wij hem op de proef stelden, waarop hij zijn Heer om vergeving smeekte. Hij boog zich neer en hij toonde berouw. - Sofian S. Siregar (Dutch)