Selected

Original Text
Fred Leemhuis

Available Translations

17 Al-'Isrā' ٱلْإِسْرَاء

< Previous   111 Āyah   The Night Journey      Next >  

بِسْمِ اللَّهِ الرَّحْمَٰنِ الرَّحِيمِ
In the name of Allah, Most Gracious, Most Merciful.

17:97 وَمَن يَهْدِ ٱللَّهُ فَهُوَ ٱلْمُهْتَدِ ۖ وَمَن يُضْلِلْ فَلَن تَجِدَ لَهُمْ أَوْلِيَآءَ مِن دُونِهِۦ ۖ وَنَحْشُرُهُمْ يَوْمَ ٱلْقِيَـٰمَةِ عَلَىٰ وُجُوهِهِمْ عُمْيًا وَبُكْمًا وَصُمًّا ۖ مَّأْوَىٰهُمْ جَهَنَّمُ ۖ كُلَّمَا خَبَتْ زِدْنَـٰهُمْ سَعِيرًا
17:97 Wie door God op het goede pad gebracht is, die volgt het goede pad en voor wie Hij tot dwaling brengt zul jij buiten Hem om geen beschermers vinden; Wij zullen hen op de opstandingsdag verzamelen: op hun gezichten [ter aarde geworpen], blind, stom en doof. Hun verblijfplaats is de hel; telkens als hij begint te doven wakkeren Wij voor hen de vuurgloed aan. - Fred Leemhuis (Dutch)